Waarom is geld in het ene land meer waard dan in het andere?

Stel je voor: je gaat op vakantie naar een ander land. Je koopt daar een ijsje, en dat kost geen euro, maar iets anders, bijvoorbeeld dollar, pond of yen. Maar waarom kun je niet overal gewoon met euro’s betalen? En waarom kun je in het ene land veel kopen voor een paar euro, en in het andere bijna niets?

Elk land heeft zijn eigen geld

Niet elk land gebruikt euro’s. In Amerika gebruiken ze dollars, in Engeland pond, in Japan yen. Dat is een beetje zoals dat landen hun eigen vlag en taal hebben – ze hebben ook hun eigen munteenheid (da’s een moeilijk woord voor: soort geld).

Als je met je euro’s iets wilt kopen in een ander land, moet je die eerst omwisselen. Daarvoor ga je naar een wisselkantoor of gebruik je je bankpas, en dan krijg je het geld van dat land. Maar… je krijgt niet altijd precies evenveel terug.

Waarom is het ene geld meer waard dan het andere?

Dat hangt af van veel dingen, zoals:

Hoe sterk de economie is van een land (verdient het land veel geld met handel of producten?)
Hoeveel mensen dat geld gebruiken
Wat andere mensen over de hele wereld van dat geld vinden

Een beetje alsof je twee voetbalplaatjes ruilt. Als één plaatje super zeldzaam is, moet je misschien wel drie gewone plaatjes geven om die ene te krijgen. Zo werkt het ook met geld. Soms moet je veel van de ene munt geven om een klein beetje van de andere te krijgen.

Een voorbeeld

Voor €1 krijg je misschien:

1,10 Amerikaanse dollar
160 Japanse yen
Of juist maar 0,85 Britse pond

Dat zegt niet meteen dat een pond ‘beter’ is dan een euro, maar wel dat je minder pond krijgt voor je euro. Het hangt er ook vanaf wat je ervoor kúnt kopen in dat land.

In sommige landen is alles goedkoop (denk aan eten of kleding), in andere landen juist duur. Dus je moet altijd even uitzoeken: wat kan ik met dat geld eigenlijk doen?